Feyenoord staat onderhand alweer honderd jaar. In die 100 jaar is het niet alleen hosanna geweest voor de club en de supporters. Feyenoord kent een rijke historie met hoge pieken en diepe dalen. De ene periode stond is het teken van één en al succes, terwijl de andere periode graag gewist zou worden door iedereen die de Stadionclub lief heeft.
2017 – Feyenoord Landskampioen!
In een spannend seizoen van de Eredivisie is Feyenoord weer landskampioen geworden! In het begin van het jaar hadden we er nog niet op durven wedden. Lees hier meer over dit voetbal seizoen!
Oprichting in 1908
Feyenoord bestaat sinds 1908, maar de club ging pas in 1912 door het leven met de naam die wij allemaal nu kennen. Toen der tijd werd de naam van de club nog geschreven met een lange ij, Feijenoord. De wedstrijden van Feijenoord werden gespeeld op het bekende Afrikaanderplein, niet lang daarna slaagde de club erin om door te stoten tot de Nederlandse Voetbal Bond.
Landskampioenschap in 1924 en 1928
De Rotterdamse club verhuisde naar de Kromme Zandweg, het bleek een juiste zet. Feijenoord zetten een grote stap en bereikte de echte top van het Nederlandse voetbal. De selectie met onder andere spelers als Bertus Bul, Kees Pijl en Kees van Dijke wisten het landskampioenschap voor de allereerste keer binnen te hengelen. In 1924 mocht Feijenoord zich de beste van Nederland noemen, dat gebeurde vervolgens opnieuw in 1928. In 1930 mocht het nog een succes bijschrijven, het won namelijk de beker. Een belangrijke tijd voor de club, die nu bekend staat als een echte topclub met rasechte supporters.
Succes in de jaren dertig
Feyenoord had in de jaren dertig, de geweldige Puck van Heel binnen de selectie. Deze recordinternational nam het team bij de hand en met succes. De club mocht zich in 1936, 1938 en 1940 kronen tot landskampioen. Destijds speelde ook Jaap Barendrecht bij de Rotterdamse club, hij is nog steeds topscorer aller tijden bij Feyenoord. In de jaren dertig werd er ook gestart aan de bouw van De Kuip, een gouden periode voor de club en het Nederlands voetbal.
Stille tijden
Twintig jaar lang kon Feyenoord geen prijzen bijschrijven, dat was tussen 1940 en 1960. De club probeerde uit eigen gelederen, een winnend elftal te smeden. Hierin wist het niet te slagen, waardoor het in 1954 besloot om gebruik te gaan maken van de financiële middelen. De Rotterdammers kochten spelers van andere clubs, dat moest het succes gaan brengen in De Kuip.
Prijzen in de jaren zestig
Het aankoopbeleid van de club had succes, een mooie periode stond op het punt van beginnen. Tussen 1960 en 1968 won Feyenoord driemaal de landstitel en mocht het twee KNVB bekers in ontvangst nemen. In deze periode speelde er spelers als Hans Kraai, Cor van der Grijp en Coen Moulijn bij de Rotterdammers.
Feyenoord in Europa (1968 – 1974)
Tussen 1968 en 1974 was het genieten in De Kuip, Feyenoord kende zijn hoogtijddagen in Europees verband. De trainer Ernst Happel wist met zijn selectie, de Europacup binnen te halen. Dat was in 1970, in dat jaar werd ook de Wereldbeker gewonnen. Spelers als Wim van Hanegem Wim Jansen en Rinus Israel veroverde vervolgens ook nog de UEFA-Cup in 1974.
Terugval
Tussen 1974 en 1980 raakte Feyenoord in verval, diverse basiskrachten vertrokken bij de club of stopte helemaal met voetballen. Feyenoord slaagde er niet in om de juiste vervangers te vinden voor deze iconen. Het leidde tot zware tijden, in het seizoen 1977-1978 eindigde de club zelfs op de tiende plaats in de competitie. Het geweldige voetbal dat in de jaren zestig op de mat werd gelegd, dat leek vervlogen. Feyenoord moest harder werken en meer lopen.
Feyenoord leeft weer op
Feyenoord was gevallen, maar kwam weer overeind. Tussen 1980 en 1984 braken diverse talenten door bij de club. Spelers als Ben Wijnstekers, Henk Duut en Joop Hiele brachten de Rotterdamse club weer het gewenste niveau. Natuurlijk waren Ruud Gullit en Johan Cruijff ook onderdeel van deze selectie, de ervaring en de wereldklasse bracht succes. Feyenoord slaagde erin om in 1984 opnieuw de landstitel en de beker in de wacht te slepen. Dat was destijds de derde keer dat de club daarin wist te slagen. Hoewel iedereen afscheid had genomen van de donkere tijden, bleek deze opleving van korte duur.
Donkere tijden herleven
Vanaf 1984 ging het opnieuw bergafwaarts met Feyenoord, maar het kwam ditmaal een stuk harder aan. De donkere tijden bleven aan tot 1991, zeven jaar lang was het kommer en kwaal bij de Stadionclub. Feyenoord kon niet bijblijven met Ajax en PSV, zowel op sportief als financieel vlak. De verkeerde spelers werden naar de club gehaald, het stadion werd niet goed onderhouden en de supporters bleven liever thuis. De zwarte bladzijde uit deze periode is de HCS-periode.
Wederopstanding in Rotterdam
Er moest drastisch iets gaan veranderen bij de topclub en dat gebeurde dan ook. De juiste spelers met de perfecte discipline en vechtlust kregen een plaats bij Feyenoord. Het waren harde spelers als John de Wolf, Henk Fraser, Ed de Goeij en Peter Bosz die verandering brachten in Rotterdam. Feyenoord won tussen 1984 en 1991 viermaal de beker en het werd eenmaal landskampioen. Financieel hing de club nog aan een zijde draadje, maar dankzij Jorien van den Herik wist de club zijn hoofd boven het water te houden.
Feyenoord verovert Europa
De financiële achterstand op de Nederlandse top werd bijgehaald en de successen kwamen weer terug. Feyenoord wist tussen 1996 en 2002 weer indruk te maken in Europa. Onder de leiding van Paul Bosvelt won het de UEFA-Cup en mocht het zichzelf eenmaal kronen tot landskampioen van Nederland.